SPREKERS

Rico Bakker

Rico Bakker is podcastmaker, spreker en auteur van het boek ‘De kracht van een slecht idee’. Hij helpt mensen los te komen van hun klassieke perspectief en open te staan voor vernieuwing. In zijn podcast interviewt hij mensen die buiten de gebaande paden gaan en binnen organisaties gebruikt hij slechte ideeën als middel om onconventionele antwoorden te vinden op essentiële vraagstukken.  

Creatief denken is één van de belangrijkste vaardigheden in de 21e eeuw. Vaak wordt ons echter geleerd ‘wat te denken’ in plaats van ‘hoe te denken’. We worden getoetst door de juiste antwoorden te geven op – misschien wel – de verkeerde vragen. Onze hersenen zijn snel en efficiënt door de verbindingen die we elke dag maken. Die verbindingen houden ons leven georganiseerd en voorspelbaar. Ze helpen ons problemen op te lossen met weinig moeite, en door logisch en systematisch te denken. Dat is geweldig, want logica brengt ons veilig en snel van A naar B. Maar soms weerhoudt het ons ervan om alternatieve perspectieven te zien.  

Hoewel we vaak denken dat we vrijheid nodig hebben om creatief te zijn, kunnen beperkingen verrassend genoeg de meeste creativiteit opwekken. Als we anders willen denken, moeten we andere vragen stellen; vragen die kunnen leiden tot krankzinnige, onrealistische en ronduit slechte ideeën.

De kracht van een slecht idee
Is het een slecht idee om reclame te maken voor de concurrent? Of om je Tesla vol te spuiten met graffiti? Wat dacht je van een afvalbak in de boom hangen? 

Creativiteit. Verandering. Innovatie. Allemaal termen die vaak over de bühne komen. Belangrijke thema’s die het liefst gepaard gaan met inspirerende verhalen over hoe het wél moet. Noem het even: goede ideeën. Maar wat ironisch is, is dat véél goede ideeën niet als zodanig beginnen. Denk bijvoorbeeld eens aan een mobiele telefoon, het internet en tegenwoordig de crypto’s… Ooit waren dat belachelijk slechte ideeën. Maar hoe komt het dat een succesvolle uitvinding niet altijd direct gezien wordt als een goed idee? 

Wij mensen zijn geregeld op zoek naar goede, logische en realistische oplossingen voor vraagstukken. Onze hersenen zijn daar zelfs op ingericht: we kunnen niet anders. Ons brein werkt snel en efficiënt door verbindingen die iedere dag worden aangelegd. Dit kun je zien als een soort snelwegen die ons leven georganiseerd en voorspelbaar houden. Wij kunnen daardoor met vrij weinig inspanning problemen oplossen door logisch en realistisch denken. Dat is fantastisch, want logica brengt ons veilig en snel van A naar B en helpt ons om al onze gedachten goed te organiseren. Het nadeel is dat we daardoor soms vast komen te zitten in ons denken. 

In organisaties doen we hetzelfde: we organiseren. Dat betekent dat we standaardiseren, automatiseren en variatie beperken. Echter, als de uitkomst niet meer varieert, zul je nooit innoveren. Dan is er geen creativiteit. Geen verandering. Het lukt ons, en organisaties, niet altijd om van onze gebaande paden af te stappen en écht innovatief te zijn. Er liggen eindeloze creatieve, innovatieve en vernieuwende ideeën voor het oprapen, alleen zijn we vaak niet in staat om ze te zien. 

Om creatief te zijn moeten we moeten desorganiseren. We hebben allemaal onze blinde vlekken. En hoewel we die niet kunnen wegnemen, kunnen we ze misschien wel voor ons laten werken. Verassend genoeg zijn het namelijk juist de beperkingen die ons creatief maken. Als we nieuwe oplossingen willen, dan moeten we anders leren te denken. En als we anders willen denken, moeten we andere vragen stellen. Vragen die leiden tot krankzinnige, onrealistische en ronduit slechte ideeën helpen ons om los te komen van ‘vastgeroeste’ patronen.